Al duizenden jaren lang wordt noni in Polynesië gebruikt als voedsel, kleurstof en medicijn. Tegenwoordig wordt noni medicinaal gebruikt voor aandoeningen zoals kanker, hart- en vaatziekten en diabetes. Noni wordt gewoonlijk als een sap ingenomen maar is ook verkrijgbaar als thee en in capsulevorm. Neem voordat u noni inneemt contact op met uw arts. Noni kan bijwerkingen en mogelijk interactie met bepaalde geneesmiddelen veroorzaken om mogelijk ernstige gezondheidsproblemen te veroorzaken.
Minder ernstige effecten
Hoewel er slechts een paar bijwerkingen zijn gemeld door noni-gebruik, is de veiligheid ervan onvoldoende onderzocht. Er zijn geen vaak gemelde bijwerkingen na de inname van noni-capsules. U zou kunnen opmerken dat uw urine tijdelijk van kleur verandert in roze, oranje of bruin wanneer u noni gebruikt.
Mogelijk ernstige gevolgen
Volgens het National Center for Complimentary and Alternative Medicine zijn gevallen van leverbeschadiging gemeld na inname van noni. U mag geen noni-capsules innemen als u een leveraandoening heeft omdat het chemicaliën bevat die uw leverprobleem verergeren.
Potentiële interacties
Noni bevat grote hoeveelheden kalium, dus als u ook kaliumsupplementen, zoutvervangers met kalium of medicijnen gebruikt die uw lichaam helpen om kalium te behouden, zoals bepaalde waterpillen, kunnen uw kaliumspiegels te hoog worden. Hoog kalium of hyperkaliëmie veroorzaakt meestal geen symptomen, maar u kunt misselijkheid, een onregelmatige hartslag of een zwakke polsslag hebben. Hyperkaliëmie is een mogelijk ernstig gezondheidsprobleem dat dodelijk kan zijn als het niet onmiddellijk wordt gecorrigeerd.
overwegingen
Vermijd het gebruik van noni-capsules als u nierproblemen heeft en een kaliumbeperkt dieet volgt. Vermijd ook kaliumrijke voedingsmiddelen zoals abrikozen, bananen, melk, aardappelen, spinazie en zoete aardappelen omdat uw kaliumspiegel te hoog zou kunnen worden. Sappen zoals sinaasappel, snoeien en tomaat bevatten ook veel kalium en moeten worden vermeden. Gebruik noni niet als u zwanger bent of borstvoeding geeft omdat de effecten hiervan op deze aandoeningen niet bekend zijn.