Kanker en de behandeling ervan kunnen een groot aantal bijwerkingen en complicaties veroorzaken, waaronder de opbouw van vocht in bepaalde delen van het lichaam. Opvloeiing van vloeistoffen kan veel verschillende oorzaken hebben en als de oorzaak eenmaal is vastgesteld, kan behandeling optreden. Als een persoon met kanker zich zorgen maakt over het voorkomen van vormen van vochtophoping, is het het beste om deze zorgen te bespreken met een medisch team om manieren te leren om het risico op deze complicatie te verkleinen.
ascites
Ascites is een soort vochtophopingen die in de buik voorkomen. Volgens Palliative.org zal 15 tot 50 procent van de kankerpatiënten op enig moment ascites ontwikkelen. Kankers die typisch ascites ontwikkelen, zijn ovarium-, borst-, colon-, maag- en pancreaskanker. De oorzaken zijn meestal tumoren in de buik en een verlaagd eiwitgehalte in het bloed. De bekleding van de maag, het peritoneum genaamd, is niet in staat om vocht te absorberen vanwege tumorcellen, en omdat eiwit vloeistof aantrekt, stroomt vloeistof uit de bloedvaten in de buik. Ascites kunnen ook worden veroorzaakt door een leveraandoening of congestief hartfalen. Wanneer het veilig is, wordt paracentese uitgevoerd om de patiënt van de ascites te verlichten. Bij paracentese wordt een naald gebruikt om door de buikwand te gaan om de vloeistof uit de buik af te tappen.
Borstvliesuitstroming
De longen bevinden zich in een ruimte die de pleuraholte wordt genoemd, en wanneer er een teveel aan vocht in de pleuraholte is, wordt dit een pleurale effusie genoemd. Pleurale effusie kan het ademen moeilijk en ongemakkelijk maken, en wanneer kankercellen zich in de vloeistof bevinden, wordt dit kwaadaardige pleurale effusie genoemd. Het National Cancer Institute stelt dat maligne effusies vaak worden aangetroffen in borst- en longkankers, leukemie en lymfoom. Effusies kunnen ook worden veroorzaakt door bestraling of chemotherapie; dit worden paramalignante effusies genoemd. Niet-kankerachtige pleurale effusie kan ook voorkomen bij kankerpatiënten als gevolg van veranderingen in hun lichaam van congestief hartfalen, longontsteking, longembolie of ondervoeding, aldus het National Cancer Institute. Pleurale effusie wordt op drie manieren behandeld: paracentese; thoracentesis, die de pleurale zak afsluit om te voorkomen dat er vloeistof in de ruimte ontstaat; en operatie.
lymfoedeem
Lymfoedeem wordt meestal geassocieerd met borstkanker, maar het kan zich ontwikkelen met andere soorten kankers. Lymfoedeem is de zwelling die optreedt in een arm of been als gevolg van een blokkade in het lymfesysteem. De blokkade voorkomt dat lymfevocht door het systeem stroomt en leegloopt, wat leidt tot opbouw en zwelling. Kanker veroorzaakt meestal secundair lymfoedeem van de verwijdering van lymfeklieren, straling naar lymfeklieren, kankercellen zelf of infectie. Lymfoedeem kan worden behandeld met massage, compressiewikkel of kleding en oefeningen. Hoewel lymfoedeem niet te genezen is, kunnen de symptomen onder controle zijn.