Ouderschap

Observational Learning in Children

Pin
+1
Send
Share
Send

Onderwijspsychologen herkennen meer dan een dozijn verschillende soorten van leren die gedurende het hele leven van een persoon voorkomen. Leermogelijkheden voor kinderen gebeuren elke dag in hun eigen omgeving. Ouders, opvoeders en rolmodellen zijn van cruciaal belang bij het vormgeven van de kennis en het gedrag van een kind, maar observationele leertheorie suggereert dat de dingen die kinderen in het echte leven en via verschillende media waarnemen even invloedrijk zijn.

Wat is observationeel leren?

Observational learning, ook wel sociaal leren genoemd, is het idee dat mensen nieuwe informatie en gedrag kunnen leren door simpelweg te kijken of iemand anders iets doet. De observationele leertheorie stelt dat dit soort leren gebeurt, zelfs als prikkels om te leren niet aanwezig zijn. In wezen ondersteunt het het idee dat kinderen leren door imitatie.

De Bobo-studies

Gedragspsycholoog Albert Bandura en zijn collega's waren pioniers in de wetenschappelijke studie van observationeel leren. Hij ontwikkelde zijn theorie in de jaren zestig als antwoord op het toen populaire maar simplistische idee dat persoonlijkheid slechts een gevolg was van de omgeving.

In Bandura's bekende "Bobo-poppen" -studies keken groepen jonge kinderen onder verschillende omstandigheden naar dezelfde korte film. In de film is een persoon agressief tegen een Bobo-pop of clown, door te slaan, te schoppen en tegen het speelgoed te schreeuwen. Verschillende groepen kinderen werden verschillende uitkomsten getoond, waaronder beloning, straf en een neutrale controle. Toen de kinderen met de Bobo-pop in hetzelfde scenario als in de film werden geplaatst, behandelden de meesten de Bobo-pop agressief, ongeacht de gedragsresultaten die ze hadden gekregen.

Bandura's theorie

Jarenlange studies over het gedrag van leren hebben Bandura ertoe gebracht een theorie te ontwikkelen. Hij geloofde dat observationeel leren plaatsvond in een vierstappenpatroon. Kinderen letten ergens op, ze behouden wat ze zagen, ze reproduceren de actie of verbalisatie, en de consequenties die ze waarnemen bepalen of ze de actie in de toekomst zullen herhalen.

Negatieve implicaties

Door verschillende variaties op zijn originele Bobo-poppenstudie ontdekte Bandura dat kinderen vaker agressief gedrag vertoonden dat was gebaseerd op film dan door live acteurs. Misschien was zijn meest verontrustende vaststelling dat kinderen waarschijnlijk agressie imiteerden die werd waargenomen in stripfiguren. Dit suggereert dat wat kinderen op televisie zien, in films en op internet een grotere impact op hun gedrag en leren kunnen hebben dan wat ze in het echte leven zien.

Positieve implicaties

Bandura ontdekte ook dat kinderen met een positief of prosociaal gedrag minder snel agressie toonden. Kinderen met positieve leef- en mediamodellen zijn dus doorgaans goedgemanierd.

Zijn studies toonden ook aan dat positieve bekrachtiging of beloning een betere motivator bij het leren is dan negatieve bekrachtiging of straf. Deze informatie kan ouders en opvoeders helpen bij het vinden van de beste manieren om cognitief en gedragsmatig leren te motiveren.

Pin
+1
Send
Share
Send

Bekijk de video: Children See Children Do Observational Learning (November 2024).